Heiselhuser Str. 24, 26736 Krummhörn – OT Campen
Klooster Heiselhusen
Heiselhusen is een oude kloosterplaats van de Johannieters in de huidige gemeente Krummhörn op de Oost-Friese klei.
In 1421 schonk de Oost-Friese hoofdeling Brunger van Loquard de onbehuisde wierde Heiselhusen aan de Johannieter commanderij te Goldhoorn, die daarop een voorwerk stichtte. Het economisch sterke voorwerk werd in 1446 tot een zelfstandige commanderij verheven. In hetzelfde jaar werden voor het eerst ook nonnen genoemd. Het was een dubbelklooster. Waar tegenwoordig een weg over de wierde ligt moet deze destijds door een pad en een gracht zijn verdeeld. Kerk en kerkhof lagen op het noordelijke deel, het zusterhuis op het zuidelijke deel van de wierde.
Economisch moet het aan het eind van de 15e eeuw moeilijker geworden zijn, want in 1492 werd Heiselhusen met de Johannieter commanderij van Abbingwehr samengevoegd.
De commandeur (abt) van Abbingwehr verkocht in 1498 de gebouwen van Heiselhusen aan de kinderen van de kloosterpachter Wyart Heyen; de landerijen bleven bezit van het Johannieter klooster.
Als gevolg van de Reformatie werd Abbingwehr en daarmee ook Heiselhusen door de Oost-Friese graaf Enno II in beslag genomen.
Daarna wisselden de gebouwen in de loop der tijd van eigenaar en ontstonden er in de loop van de tijd twee boerderijen, die tegenwoordig onder monumentenzorg staan:
Op het noordelijke deel ligt boerderij Wiltfang, gebouwd in 1798 en sinds 1906 in familiebezit. Hier wordt nog altijd akkerbouw als hoofdtak bedreven.
Op het zuidelijke deel ligt boerderij Peterssen, gebouwd in 1882 en in 2014 verworven door de familie Wiltfang. Na omvangrijke renovatiewerken is het pand toekomstbestendig gemaakt en wordt nu gebruikt als vakantieboerderij en als praktijk voor natuurgeneeskunde.
De ligging van de grachten en het boombestand herinneren tegenwoordig nog aan de oorspronkelijke inrichting van de wierde. Ook worden bij werkzaamheden op het land nog steeds kloostermoppen gevonden.
Samen met de rentenierswoning worden de boerderijen Groß-Heiselhusen genoemd.
Vertaling: J.G. Abbes